Voorjaarsnota & Algemene Beschouwingen
AB 27 juni 2018
Voorjaarsnota 2018
Voorzitter,
U heeft verzocht om ons bij de Algemene Beschouwingen vooral te
richten op onze inzet voor het komende jaar. Om aan dit verzoek te
voldoen, wil ik u allereerst een datum noemen: 1 augustus 2018. Eén
augustus zal dit jaar de dag zijn, geteld vanaf één januari, dat de
mensheid wereldwijd net zoveel van de aardse grondstoffen heeft
opgebruikt als wat de aarde in één jaar tijd terug kan opbrengen en
geproduceerde afvalstoffen kan verwerken. Deze dag wordt Earth
Overshoot Day genoemd en de tendens is dat deze dag steeds vroeger in
het jaar komt te liggen. Ter vergelijking: in 1970 lag deze nog op 29
december. Dat betekent dat wij op dit moment 1,7 aardes aan het
gebruiken zijn en we hebben er maar 1, we hebben geen planeet B.
Voorzitter,
de heer Reerink heeft op donderdag 7 juni een mooi juridisch betoog
gehouden om vooral ook kwaliteit mee te laten wegen in onze Keur. Aan
het eind van zijn presentatie liet hij een oude schoolplaat zien: In
Sloot en Plas. Deze tekening is zo'n honderd jaar geleden vervaardigd
door Marinus Koekkoek en heeft jarenlang op zo'n beetje elke school
in Nederland gehangen. Het toeval wil dat ik een dag later in het
Algemeen Dagblad deze zelfde schoolplaat tegenkwam, nu met de
toevoeging hoe het 100 jaar na dato gesteld is met diezelfde sloot.
Voor de nieuwsgierigen onder u heb ik bestuurszaken gevraagd om hem
in ibabs te zetten, waar u hem kan zien. Het zal geen verrassing voor
u zijn dat er 100 jaar later wel wat veranderd is. De biodiversiteit
staat op zijn zachts gezegd behoorlijk onder druk. In diezelfde krant
van 8 juli stond nog een bericht, met de kop: Aanwijzingen voor
vroeger leven op Mars. Mijn eerste gedachte bij dit soort berichten
is: ja, en wat zou dat dan? Zouden we die miljarden die gemoeid zijn
met dit soort onderzoek niet beter kunnen besteden aan bescherming
van het leven op aarde zelf! We worden haast euforisch van berichten
van het niveau dat met allerlei mitsen en maren, het wel eens
mogelijk zou kunnen zijn, dat er eventueel een bacterie geleefd zou
kunnen hebben op Mars. Tegelijkertijd doen we haast schouderophalend
over berichten, zoals die in The Guardian op 21 mei jongstleden.
Onderzoek naar al het leven op aarde laat zien dat mensen daarvan
voor 0,01% deel van uitmaken, maar dat sinds de opkomst van de
menselijke beschaving 83% van alle wilde zoogdieren en 50% van de
planten verloren zijn gegaan. Nou, lekker beschaafd dan zou ik willen
zeggen.
Voorzitter,
in het voorgaande ligt de essentie van onze inzet, misschien zelfs
wel de reden van bestaan van de Partij voor de Dieren. U mag het
komend jaar van ons verwachten wat wij de afgelopen 3 jaar ook gedaan
hebben: opkomen voor natuurbehoud. Wij zijn als fracties in dit
bestuur vogels van allerlei pluimage. De één legt het accent op het
voorkomen van al te grote tariefstijging, de ander komt op voor
agrarische belangen en voor weer een ander is Gods Woord
richtinggevend. Het motto van Waterkoers, ons waterbeheerplan, luidt:
'van zorgen voor, naar samen doen'. Om echt wat te bereiken is dit
ook voor ons AB'ers een mooi motto, 'samen doen'. Bij samen doen ga
je meestal op zoek naar een gedeeld belang, dat werkt namelijk wat
makkelijker. En dan voorzitter, kom ik terug op waar wij voor staan:
natuurbescherming. Het is in ons aller belang om hierop samen te
werken. Het is namelijk heel simpel: de natuur kan best zonder de
mens, maar de mens kan niet zonder de natuur.
Is
het dan alleen maar doemdenken? Nee! Onze generatie kan er nog wat
aan doen, maar dan moeten wel de schouders eronder. Hoopgevend is dan
ook een bericht op NOS Teletekst van 19 juni jongstleden dat 80% van
de boeren in Nederland wil overstappen naar een natuurvriendelijke
werkwijze.
Bron
van dit bericht is Trouw dat daarvoor onderzoek verrichte onder 2300
boeren en boerinnen. Uit datzelfde onderzoek blijkt ook dat boeren
zich vaak niet begrepen voelen door politici, media,
milieuorganisaties, maar ook door landbouworganisaties zelf. Er valt
dus nog wat te winnen. Als we de resultaten van de evaluatie met
betrekking tot de Impulsregeling Kwaliteitswater in de Stad erbij
nemen, die laat zien dat het enthousiasme bij gemeenten groter is dan
de mogelijkheden die de Impulsregeling biedt, dan lijkt het alsof er
een kansrijk momentum is om niet alleen bij de boer de boer op te
gaan, maar om ook de boer op te gaan in de stad. Daarom voorzitter,
stelt het onze fractie teleur dat het college kansen laat liggen om
niet alleen samen te werken, maar ook om mooie kwalitatieve stappen
in de goede richting te zetten. Ik doel hier op de uitwerking van de
motie Uitbreiding Bijdrageregeling Impuls Kwaliteitswater in de Stad.
Ik zal hier nu verder niet op ingaan, maar u mag dit beschouwen als
een vooraankondiging van onze verdere bijdrage bij de Voorjaarsnota.
Voorzitter, laten we namelijk naast die o zo belangrijke boerensloot,
waar nog veel werk valt te verrichten, ook de stad niet vergeten. Ook
daar kan belangrijk werk worden verricht voor onze haarvaten en in
het verlengde daarvan de KRW. Met de verkiezingen van volgend jaar
voor de deur is het voor dit college ook de laatste voorjaarsnota.
Wat is er nou mooier om in herinnering te blijven als het college die
een schitterende impulsregeling achterliet.
Dank
u wel.
Willem
van der Steeg
Partij
voor de Dieren
Wij staan voor:
Interessant voor jou
Voorjaarsnota & Algemene Beschouwingen
Lees verderBijdrage Voorstel wijziging strategie en doelstelling muskusrattenbeheer
Lees verder